De melkkiezen en -tanden worden al vanaf de zesde week van de zwangerschap gevormd. Bij de geboorte heeft je baby dus al een melkgebit. Het is alleen nog niet zichtbaar, omdat het onder het tandvlees verborgen zit. Heel soms heeft een baby bij zijn geboorte al een 'tand'. Dit is geen echte tand, maar een geboortetand of glazuurparel.

Als je baby tussen de zes en acht maanden oud is, breekt het eerste tandje door. Vlak daarvoor is het al te zien. Er ontstaat namelijk een wit bobbeltje op het tandvlees. Tanden hebben meestal een vaste doorbraakvolgorde. Eerst krijgt je baby de twee middelste ondertanden. Daarna volgen de twee middelste snijtanden in het bovengebit. Dan breken de twee buitenste snijtanden door in het bovengebit. De rest van de tanden en kiezen komt om en om door.

Na het eerste tandje komt er gemiddeld één tandje per maand bij. De meeste kinderen krijgen hun eerste kies als ze zestien maanden zijn. Op de leeftijd van ongeveer twee jaar, is het melkgebit meestal compleet. Het telt dan twaalf tanden en acht kiezen. Je hoeft je geen zorgen te maken als jouw kind eerder of later tanden krijgt. Ook kan het zo zijn dat de volgorde van doorbraak anders is dan hierboven beschreven.

Symptomen

Tandjes krijgen doet pijn. Sommige kinderen zijn bij het doorkomen van hun tanden en kiezen een beetje uit hun doen. Ze zijn prikkelbaar en huilerig. Ook kunnen ze last hebben van koorts en diarree. Het is moeilijk om er achter te komen of je kind last heeft van doorkomende tandjes. Neem bij aanhoudende koorts en diarree contact op met de huisarts. Als een tand bijna doorkomt, wordt de kaak iets dikker. Het tandvlees kan rood en licht gezwollen zijn.

Je kind kwijlt vaak meer tijdens het doorkomen van de tanden. Dit komt doordat hij vingers en speelgoed in zijn mond stopt om op te bijten. Door ergens op te bijten wordt de druk van de doorbrekende tand minder. Je kunt je kind een speciale bijtring geven of de kaken met een koude vinger masseren.